Dreigingen
Onze wettelijke opdrachten staan omschreven in de wet houdende regeling van de inlichtingen- en veilgheidsdiensten van 30 november 1998 (artikel 7 en 8). Het gaat om de strijd tegen terrorisme, spionage, extremisme, proliferatie, schadelijke sectaire organisaties en criminele organisaties.
Sinds het aantreden van de huidige directie zijn met goedkeuring van de Nationale Veiligheidsraad (NVR), enkele prioriteiten expliciet naar voor geschoven: contraterrorisme en de strijd tegen radicalisering; contraspionage en de bescherming van het wetenschappelijk en economisch potentieel (WEP) en cyberveiligheid en cyberintelligence (opmerking: cyber is daarbij voor de VSSE evenwel geen materie op zich, maar een methode of instrument om terrorisme of spionage te faciliteren).
Na de antiterreuractie in Verviers (januari 2015) en de aanslagen in Parijs (november 2015) en Brussel (maart 2016) heeft de VSSE zich een tijdlang grotendeels toegespitst op de eerste prioriteit: contraterrorisme.